Ruijter en Schuijrinck



Op 10 mei 1658 ligt Lijsabet Alberts "sieck te bedde" en de ernst van de ziekte heeft haar doen besluiten om haar testament op te maken. Ze wordt vertegenwoordigd door Roelof Raggers en benoemt tot haar erfgenamen:
  • haar halfbroers Jacob Alberts en Jan Alberts,
  • Peter Schurinck, Jan Schurinck, Jan Ruijter Schurinck, Ivert Schurinck, Wouter Schurinck en Greetien Schurinck.
De verdere inhoud van het testament is voor dit verhaal niet zo interessant, maar het is duidelijk dat Lijsabet wel wat geld te vergeven heeft.
Het valt meteen op dat er geen echtgenoot genoemd wordt, Lijsabet is kennelijk ongehuwd. In een tijd waarin ongehuwde vrouwen vrij uitzonderlijk zijn, kunnen we afleiden dat ze waarschijnlijk nog vrij jong was.
In de rij van erfgenamen valt tussen de andere Schurincks er eentje duidelijk op: Jan Ruijter Schurinck. Wat moeten we hier van denken?

Gelukkig voor Lijsabet en ons herstelde ze van haar ziekte. Dat weten we omdat ze op 17 januari 1663 opnieuw haar testament laat optekenen. Nu wordt ze vertegenwoordigd door haar man Teunis Willems. Beide zijn "de vijff sinnen, verstant en memorie wel maghtigh, doch Lisabeth sieckelick te bedde leggende, aen seker accident".
Natuurlijk is Teunis nu de belangrijkste erfgenaam, en mocht hij zijn overleden, dan zijn moeder Maritien Tjeers. Opnieuw een indicatie dat Lijsabet nog vrij jong is.
Een bedrag van 500 car. gld. wordt toebedeeld aan de "kinderen van wijlen Antie Alberts, te weten Peter Clasen Schurinck, Jan Clasen Schurinck, Jan Clasen Ruijtter, Ivert Clasen Schurinck, Wouter Clasen Schurinck en Greetien Clasen Schurinck". Ook noemt ze nog een Antien Peters Schurinck, die krijgt o.a. "haer beste rock". Ook de "armen van de menniste gemeinte daer van sij einds mede lidtmaten sijn geweest" krijgen 100 car. gld.

Dankzij mijn eigen ""Gezinsreconstructies Blokzijl" (een project waar ik tot 2009 veel tijd aan heb besteed, maar dat door zijn omvang voor mij onhandelbaar werd) wordt enigszins duidelijk wie deze Schurincks zijn.
Snel gevonden is Antien Pieters: zij wordt op 15 oktober 1648 in Blokzijl gedoopt als dochter van Pieter Claesz Schuerinck en Elsjen Rijckens. Ten tijde van dit testament was ze dus 14 jaar.
De naam Wouter doet ook wel een belletje rinkelen; immers in een eerdere akte uit 1613 met Jan Ruijter was sprake van een Johan Wolters Schurinck. En deze Johan/Jan had een broer Claes, (zie akte 1637 ↗ akte), zodat er een klein stamboomfragment van de Schuijrincks valt te fabriceren:


In de akte wordt ook duidelijk hoe de connectie van Lijsabet met de familie Schurinck is; haar zus Antie is de moeder van de genoemde kinderen, en zij was dus getrouwd met Claes Wolters Schuijrinck.

Op grond van de akte uit 1613 ↗ akte heb ik aangenomen dat Johan Schurinck getrouwd is geweest met een zuster van Jan Jans Ruijter, op basis waarvan hij deze Jan zijn broeder noemt, in dit geval dus een aangetrouwde broeder.
Het moet welhaast zo zijn dat Claes bij zijn kinderen de eerste Jan heeft vernoemd naar zijn broer Johan, en de tweede Jan (bij de rode pijl) naar Jan Jans Ruijter. Deze laatste moet een belangrijke persoon zijn geweest voor de broers Schurinck. Om de beide Jannen uit elkaar te houden, kreeg de laatste zijn achternaam mee als extra aanduiding. Hij was dus wel degelijk een Schurinck, maar gebruikte "Ruijter" als bijna een soort tweede voornaam.

Daarmee kan deze Jan Ruijter Schuijrinck dus niet aan onze stamboom toegevoegd worden, maar alles bij elkaar genomen is er alle aanleiding om Jan Jans' onbekende zuster en haar huwelijk met Johan Wolters Schuijrinck in de stamboom op te nemen. Het lijkt er zelfs op, dat Jan Jans en deze onbekende zuster uit een ander huwelijk stammen dan Jans broers Frans, Sijmen en Albert. Immers, dan zouden ook hún kinderen als erfgenamen genoemd zijn in de akte uit 1637.

Bronnen

  • Archief 0078 Schoutambt Vollenhove en Blokzijl, 9 - 16 Registers van testamenten, transporten, volmachten, borgstellingen en hypotheken.
  • Archief Ruitersporen



Jaap Ruiter
26 september 2024