Juncker Jan Ruiiter Lutenant
In het archief van de St. Anthony Groote Broederschap vinden we een aantal ledenlijsten en lijsten van oldermannen en gildemeesters; niet altijd even toegankelijk en duidelijk, maar we zijn dankbaar dát ze nog bestaan.
In het naspeuren van deze lijsten op de ons bekende namen kwam ik deze aantekeningen tegen:
1620 int gilde gegaen [het is niet 1626, het haaltje is van de regel erboven]
Juncker Jan Ruiiter Lutenant
En deze:
Anno 1638 den 1 octo[ber] is Juncker Jan Ruiiter Luiitenant tot olderman gekaezen ... gestorven Anno 1640
Deze Jan Ruiiter staat bij ons als Johan Ruyter tot Vieracker stamboom in de stamboom. Dankzij de vermelding van het sterfjaar kan hierover geen twijfel bestaan.
Ik had er nooit aandacht aan besteed, maar de aanhef Juncker is wel degelijk heel bijzonder. Een jonkheer (hier Juncker=jonker) is het predicaat voor iemand van adel, die geen titel heeft (zoals baron, graaf, hertog, etc.).
Maar was Johan dan van adel?
Het moet zo zijn dat hij door zijn militaire loopbaan (hij was bijna zijn hele leven militair in de laatste (bijna) helft van de 80-jarige oorlog) tot de adeldom is toegelaten. Of daarvan documenten zijn, of dat zoiets min of meer automatisch ging, geen flauw idee.
Van belang is de volgende tekst afkomstig van de website van de Hoge Raad van Adel:
In de late middeleeuwen werd de adel in economisch belang overvleugeld door de handeldrijvende burgers. De steeds uitdijende koninklijke bureaucratie kon wel worden geleid door de edelen, maar zij had gestudeerde burgerzonen nodig met kennis van het recht. Aan het einde van de middeleeuwen waren de hofhouding, het leger en het bestuur van het platteland nog het domein van de adel.
In Nederland is de adelstand in 1848 afgeschaft met de Grondwetsherziening. Desondanks kent Nederland wel personen van adel, sommigen met een adellijke titel. Deze titels kunnen zijn, van laag naar hoog: ridder, baron, burggraaf, graaf, markies, hertog, prins.
Adellijke personen zonder titel dragen het predicaat jonkheer of jonkvrouw. Zij behoren wel tot de Nederlandse adel, maar hebben geen titel. De standaardregel is dan ook: iedereen behorend tot de Nederlandse adel draagt het predicaat jonkheer of jonkvrouw, tenzij diegene recht heeft op een adellijke titel. De echtgenote van een jonkheer of ridder wordt mevrouw genoemd.
Doordat Johan tot de adel was gaan behoren, gold dat ook voor diens zoon. Deze Johan wordt ook vaak aangeduid als Jonker Johan Ruyter. Het was wellicht ook hierdoor dat hij zich op kon werken tot gecommiteerde van Gelderland bij de Staten-Generaal. Omdat hij kinderloos stierf kwam deze adelijke tak van de familie Ruyter tot een spoedig einde.
Het gegeven dat Johan Ruyter tot Vieracker en zijn nageslacht tot de adel behoorden, maakt een aanvulling op mijn artikel Drie keer adeldom noodzakelijk. Het zijn er intussen vier!...
Bronnen
Jaap Ruiter