Jan Jans Ruijter en het Groot Schippersgilde



datum24 juni 1619
betreftJan Jans Ruijter
bronNL-ZlHCO, 0078, inv.nr. 10, scan 24   (wat betekent deze code?)
afbeeldingakte
In de tekst :
   ??  = onleesbaar
   ?  = niet helemaal duidelijk
   [...] = passage overgeslagen
   [xx] = aanvulling van ligaturen
              en afkortingen
   car. gl. = caroli gulden
   [mijn opmerking, JR]

Transcriptie: Jaap Ruiter



Transcriptie

Den 24 junij 1619
Richter Frans Bernharts
Coernoten Lubbert Louwen
                  Claes Jacobs

D' anwesende gildem[eesters] van het gemene schippers
gilde tot Blockzijl Tjallink Taecksen Hendrick
Janssen ende Jan Wijnolts, hebben bekent voor haer
ende haere nacomelingen, afgelosset ende betaelt
te weesen, van alsoodane achtiendehalve stuuver
jaerlicx, als Jan Pieters ende Jan
Janssen Ruijter duslange uijt haere huijsteede
betaelt hebben, sulcx dat de tegenwoordige
gildem[eesters] daeraenne geen meerder recht oft
gerechticheijt hebben beholden, voor den somma van
penn[ingen] daerbij sij comparanten goeder voldaet
danckten, doende daerbij quijtscheldinge en
vertichnisse na lantrecht


Samenvatting

De gildemeesters van het Groot Schippersgilde maken bekend dat Jan Pieters en Jan Jans Ruijter hun lening - waarvoor hun huis als onderpand gold - hebben afbetaald.

Betekenis

Vermoedelijk is dit de eerste gelegenheid waarbij we Jan Jans Ruijter in relatie met het Groot Schippersgilde aantreffen. In later jaren  was Jan Jans ook bij dit gilde aangesloten.

Andere akten

Van Jan Jans Ruijter en Ave Jans zijn meerdere akten bekend. Zie overzicht


Jaap Ruiter
Bijgewerkt: 11 maart 2024