Turfmaken is zwaar werk


betreft: Henk Ruiter
 
Dit verhaal komt uit de Leeuwarder Courant van 15 augustus 1984 en vond ik op de website van het archief van de LC. Gelukkig staan de huisregels het toe dat ik het hier op mijn website kan tonen.


DE AMBTENAAR van Staatsbosbeheer Henk Ruiter (41) uit Terwispel is van huisuit boer en rietsnijder. Hij weet dus wat lichamelijke arbeid is. Hij heeft het bovendien wat men noemt "oan de lea" met zijn stevig postuur en gespierde armen. Kortom, een man die best een zwaar karwei aan kan. Maar hij wil wel weten, dat hij het turfmaken niet mans is. Wat moeten die mannen vroeger een werk hebben verzet, stelt hij vast. Tien, soms twaalf uur achtereen op het turfland staan: mengen, uitspreiden, trappen, snijden, omzetten, doorzetten en hoe al die verdere handelingen die bij het turfmaken horen, maar mogen heten.
Henk Ruiter kan het weten, want hij heeft in een uithoek van het veengebied de Deelen onder Oldeboorn op ouderwetse wijze een paar duizend turven gemaakt. Hij deed zulks in navolging van zijn vader en grootvader, die in het Overtjongerse in de streek van Olde- en Nijetrijne dit beroep uitoefenden. Henk Ruiter heeft die tijd zelf niet meer meegemaakt, althans niet bewust. Er werd in zijn jeugd alleen nog voor eigen gebruik wat turf gemaakt. Maar er werd natuurlijk veel over gesproken en hij wilde zelf ondervinden wat de turfmakerij zoal inhield.

● Geluk
Theun de Leeuw, die in de Deelen machinaal laagveen wint dat als grondstof wordt gebruikt bij het maken van potaarde schepte een paar bakken klijn op de wal en daarmee ging Henk Ruiter in zijn vrije tijd aan de slag. De brokken veen moesten in de bak gemengd  worden en daarna uitgespreid over het land.
Op Hemelvaartsdag is hij met dat werk begonnen. Na een dag drogen werd het veen tot tweemaal toe vastgetrapt, zodat het tenslotte een stevige laag van zo'n 35 cm dik werd. Daarna ging de krabber erover en werd het veen gesneden. Die laatste behandeling is niet volgens de regelen van de kunst van het turfmaken verlopen, zodat de brokken veen bij het drogen nogal wat barsten vertoonden. En dat had weer tot gevolg dat er veel turven gebroken zijn
Enfin, begin juli was het toch zover, dat de turf kon worden "opgebroken": ze werden van de grond getrokken en twee bij twee op hun kant gezet met de derde er dwars overheen. Het ging moeizaam, de turven kleefden nogal en zoals gezegd braken er vrij veel. Eind vorige week had Henk Ruter met hulp van vrouw en zoon het zover gebracht, dat de turf in korte rijen stond te drogen.
Vader Ruiter is intussen wezen kijken. Hij stelde vast, dat zoon Henk met wat geluk de turf nog wel droog zou krijgen. En dat viel hem echt mee, want hij had aanvankelijk voorspeld dat het niets zou worden.

Een andere oudgediende in de turfmakerij, Pieter de Leeuw (75) uit Tijnje, had er aanvankelijk ook een zwaar hoofd in. Ik heb fouten gemaakt, geeft Henk Ruiter toe. De ene turf is nog al wat groter uitgevallen dan de andere, vader noemde het dan ook een "rommeltien" maar er staan toch maar even zo'n 4000 turven op het land. Bij de turfmakers van vroeger veroorzaakt die produktie natuurlijk een meewarig g1imlachje. Vierduizend turven, daar deed een vakman vroeger nauwelijks een halve week over.

● Driehonderd roeden
Pieter de Leeuw wil het wel even voorrekenen. Een goede turfmaker zag kans 300 roede klijn te verwerken. Een roede is zestien vierkante meter en daar komen 1500 turven uit. Als alles naar wens ging had de turfmaker aan het eind van het seizoen zo'n 450 000 stuks gemaakt. In de magere jaren twintig en dertig beurde de turfmaker een rijksdaalder per duizend. In de allerslechtste jaren is het zelfs wel eens een stuiver lager geweest. De zelfstandige turfmaker moest voor de grondstof, de klijn, twee kwartjes de roede betalen, terwijl het baggelen hem 90 cent per roede kostte. Hij had dus al f1,40 vaste kosten per roede. Bij een verkoopprijs van f2,50 verdiende hij slechts  f1,10 op een  partijtje turf van 1500 stuks. En daar moest dan van maart tot soms diep in november voor gewerkt worden, van de vroege morgen tot in de late avond. Best leuk om bij wijze van liefhebberij een partijtje turf te maken, maar het spijt Henk Ruiter niet dat hij niet in de voetsporen van vader en grootvader is getreden.

De hele familie Ruiter in de turf. Van links naar rechts : Roel, Marjan, Marie, Suzanne en Henk.




Opmerkingen? Foutje gevonden?   Opmerkingen?
Meld het via het reactieformulier!