Het Gat van Dierkes



Klik op foto voor groter formaat

Deze foto, die vele jaren op mijn homepage te zien was, toont op fraaie wijze hoe de turfwinning in het natte, kale en uitgestrekte veenlandschap in zijn werk ging.
We zien de trekker, die met een lange trekbeugel het veen omhoog haalt, terwijl hij ook nog op een wankele constructie moet balanceren boven het zwarte water. Rechts van hem staat zijn maat in de mengbak, de ingeworpen kluiten veen fijn stampend. Hij houdt zich staande met de jutte: een schep waarmee de veenbrij uit de mengbak over de legakker wordt geschept.
En vooraan schept een vrouw met de schepemmer water in de bak, zodat de fijngestampte veenkluiten tot een gladde brij getrapt kunnen worden.

In de regel bestond een span baggerlui uit twee personen, de trekker en de menger. Zij moesten in een week of zes de met de veenbaas afgesproken hoeveelheid veen 'spreiden'. De turfmaker, vaak in dienst van dezelfde veenbaas, had dan nog een maand of vijf, zes nodig om het gespreide veen tot turven te steken, en deze goed te drogen.

Het is frappant dat ik deze foto opnieuw tegenkwam in het maart 2013 nummer van "Kondschap", het kwartaalblad van het Cultuur Historisch Centrum Land van Vollenhove. De foto ging vergezeld van een aardig verhaal over de turfwinning in het algemeen én de omstandigheden rond het maken van de foto in het bijzonder.
De auteur wist namelijk te vertellen dat de foto gemaakt is tussen Blokzijl en Vollenhove, bij het gemaal Stroink (een goede kijker ziet inderdaad aan de horizon de IJsselmeerdijk met rechts een gebouwtje, juist boven de rug van de vrouw). Het veen vormde ter plekke een pakket van 2½ meter dikte. Hier vinden we "Het Gat van Dierkes", een perceel land dat in het bezit was van Derk Dierkes.

En zelfs de dag waarop de foto gemaakt is, is bekend: 8 mei 1953! We lezen altijd dat de turfwinning aan het eind van de 19e eeuw wel zo'n beetje afgelopen was, maar op kleine schaal werd tot in de jaren 60 van de 20e eeuw turf gespit.


Het Gat van Dierkes is nog altijd in het landschap terug te vinden. Op Google Maps zie je de plek van de foto nog altijd herkenbaar als twee petgaten gescheiden door een ribbe in het midden van de foto.
Het gemaal Stroink is links aan het Ettenlandsch Kanaal te vinden.

Jammergenoeg is niet bekend wie de personen zijn die op de foto te zien zijn. Het zijn de anonieme laatste vertegenwoordigers van een groot volksleger dat vele eeuwen lang miljoenen turven uit de grond wroette.

De schrijver van het artikel, Arco Lassche, stuurde mij welwillend een grotere afbeelding van de foto. Ik dank hem hartelijk voor deze toch wel bijzondere foto!





Opmerkingen? Foutje gevonden?   Opmerkingen?
Meld het via het reactieformulier!